Hoe ben je in het vak terechtgekomen?
Jan: “Mijn grootvader had een fruitteelt en akkerbouwbedrijf, waar ik sinds jaar en dag werkte. In 2000 heb ik het bedrijf dan officieel van hem overgenomen. Je moet weten dat ik ook altijd controles in de fruitteelt heb gedaan. Ik stond versteld van wat ik soms zag qua onkruidverdelging en andere... Ik wilde uit die platgetreden paden treden en uit die massaproductie stappen. Ik kende ondertussen al wat mensen die aan bioteelt deden en nu ben ik al zes jaar een biologische fruitteler. Ik sta nog altijd 100% achter mijn keuze en heb er geen spijt van.”
Welke van je producten verkoopt het best?
Jan: “De Jonagold is de ijzersterke klassieker. Maar ik geloof heel sterk in mijn nieuwe appel, de Natyra. Deze naam is zuiver voorzien om in de bioteelt te gebruiken. Wanneer je de Natyra koopt, ben je zeker van bio: een label is dan zelfs niet nodig om het als bio te herkennen. Het is een zeer knapperige appel die op de koop toe nog eens goed bewaart. Ik hoop dat het een concurrent van de Pink Lady gaat worden. Vorig jaar heeft die heel goed gewerkt in mijn winkel. Dit jaar wordt het nog maar mijn tweede oogst van die appel, volgend jaar verwacht ik er nog veel meer van.”
Wat is je mooiste herinnering aan je zaak tot nu toe?
Jan: “Ik hoor hier heel vaak van nieuwe klanten: “Ik heb gehoord van meerdere vrienden dat ik bij jou appelen moet komen kopen omdat ze hier zo lekker zijn”. Die mond-aan-mond reclame, dat is toch goud waard. Dat is de enige reclame voor mij. Ik doe niet aan marketing. (lacht)”
Wat is het belangrijkste dat je tot nu toe geleerd hebt aan het runnen van je zaak?
Jan: “Het is moeilijk om rustig te blijven in de fruitteelt, zeker in de biologische teelt. Je moet je er soms ook gewoon bij neerleggen dat je niets kan doen, dat je alleen maar kan wachten en hopen dat de natuur het zelf nog bijstuurt. Elk jaar duikt er wel een ander probleem op in de boomgaarden, ik kan niet zeggen dat ik me verveel! (lacht)”
Wat brengt de toekomst nog?
Jan: “Ik hoop op lange termijn ook nog wat druiven te kunnen zetten. Niet om wijn te verbouwen, dat laat ik aan de experts over. Ik denk eraan om later bijvoorbeeld een lekkere balsamico azijn te maken. Weer een mooie uitdaging erbij denk ik dan!”